tjanten

Dutch

Alternative forms

Etymology

Likely an adapted borrowing of Sranan Tongo tyant +‎ -en. This etymology is incomplete. You can help Wiktionary by elaborating on the origins of this term.

Pronunciation

  • Rhymes: -ɑntən
  • Hyphenation: tjan‧ten

Verb

tjanten

  1. (transitive, Suriname, colloquial) to flirt, to seduce, to hit on
    • 2014 February 21, Krishan Vinodsingh, “'Op een oude fiets moet je het leren' ['One has to learn how to do it on an old bike']”, in Dagblad Suriname[1], retrieved 11 August 2023:
      'Soms valt mijn mond open van verbazing als ik door de stad loop', aldus Moniek (32). 'Vooral die blauwe hemden zijn je gewoon aan het 'tjanten'. Als je zegt dat je wel hun moeder kon zijn of al getrouwd bent, krijg je antwoorden als 'is niet erg' en dat is echt bizar.'
      'Sometimes my mouth falls open in amazement when I walk through town,' says Moniek (32). 'Especially highschool students are hitting on me, just like that. When I tell them that I could be their mother or that I'm already married, I get replies like 'doesn't matter' and that's really bizarre.
    • 2019 October 9, Roué Verveer, Facebook[2] (user post), retrieved 6 June 2025:
      Ik ga dood 😂😂😂😂 Ik zit in de huiskamer. Farah en Randy staan in de keuken te babbelen. Julian komt de trap af gerend en roept: “Randy, ik heb een leuk meisje gezien op mn[sic – meaning m'n] school. Ik ga d’r tjanten” Farah:”Begin liever naar boven te gaan en dat geschiedenisboek te tjanten!”
      I'm dying [of laughter]. I'm sitting in the living room. Farah and Randy are chatting in the kitchen. Julian comes running down the stairs and calls out: "Randy, I saw a cute girl at my school. I'm going to hit on her.” Farah: “Better go upstairs and start hitting on your history book!”
    • 2021 June 22, dailydoseofnathan, Tjanten van een Javaanse dame [Hitting on a Javanese lady]‎[3], TikTok, retrieved 10 June 2025:
      Fawaka, fawaka, fawaka, fawaka, ik zie een Javaanse dame, we gaan d'r tjanten, je weet Javaans, volg, volg.
      What's up, what's up, what's up, what's up, I see a Javanese lady, let's go hit on her, you know, Javanese language, get this, get this.
    • 2023 February 15, Prof. Soortkill, “Alles is ontworpen, maar niet alles is designer [Everything is designed, but not everything is 'designer']”, in NRC Handelsblad[4], retrieved 11 August 2023:
      Die kill draagt geeneens designer dan wil hij me komen chanten, wats met hem!?
      That guy doesn't even wear designer clothes, still he wants to flirt with me, what's wrong with him?

Conjugation

Conjugation of tjanten (weak)
infinitive tjanten
past singular tjantte
past participle getjant
infinitive tjanten
gerund tjanten n
present tense past tense
1st person singular tjant tjantte
2nd person sing. (jij) tjant tjantte
2nd person sing. (u) tjant tjantte
2nd person sing. (gij) tjant tjantte
3rd person singular tjant tjantte
plural tjanten tjantten
subjunctive sing.1 tjante tjantte
subjunctive plur.1 tjanten tjantten
imperative sing. tjant
imperative plur.1 tjant
participles tjantend getjant
1) Archaic.